De Schouwburcht
Adolina Gerarda van der Schouw, geb. 8-9-1929. Oosterbeek, mei 1955.
In zijn boek “Groen was mijn dorp” geeft Wes Beekhuizen op blz. 37 een beschrijving van “Villa Lon”. Beekhuizen beschrijft dit als volgt: “Hoog op de naar de Dorpsstraat nijgende helling van de Achterdorpsstraat stond de slagerij van Hendrik van Kranen. Daarnaast was een doodlopend steegje en aan het eind daarvan, in een tamelijk bouwvallig stulpje, woonde de oude Nol, die zijn onderkomen villa Lon gedoopt had.” Het was in 1931 dat op deze plaats onze donateur Gerard van der Schouw, met zijn zusje Fien, bij hun grootouders kwamen wonen. Dhr. van der Schouw, nu wonende in Wageningen, heeft een uitvoerig verslag gemaakt over de periode dat ze daar woonden. Dit was de periode juli 1931 t/m oktober 1944. In één van de komende nummers van Echo’s van zes dorpen zullen wij dit verslag opnemen. Als voorproefje vindt u in dit nummer reeds een gedicht, waarin zijn zus, mw. A.G. Derksen-van der Schouw uit Oosterbeek haar herinneringen uit genoemde periode weergeeft.
“Schouw-burcht”
Wat ik mij kan herinneren, van mijn allervroegste jeugd
Van jaren zonder zorgen, vol levenslust en vreugd
Dat was toen ik kwam te wonen, Achterdorpsstraat no. Drie.
Bij grootouders, ooms en tantes, zelf twee, mijn broer was drie.
Waar wij eens mochten leven, heel tevreden en heel fijn
Dat was in Renkums dreven, een dorpje aan de Rijn
Het waren oude huizen, heel gezellig en heel knus
Mijn opa noemde het “Schouw Burcht”, wij deden het aldus
We hadden een fijne speeltuin, twee schommels en een rek
Om heerlijk aan te gymmen, soms was het ook kloprek
En zelfs mijn oude opa, van vijfenzeventig jaar
Die kreeg het optrekkunstje, nog prima voor elkaar
Er was een grote zandbak, een oude slagersput
Die bood ons menig speeluur, veilig en goed beschut
Ook hadden wij een speelhuis, het oude kippenhok
Waar we menig koekje bakte, we hadden een goede kok
Dan waren er de tuinen, vol groenten en vol fruit
Bomen in vele soorten, appels, peren, bessenstruik
Speelgoed dat was er plenty, ruimte in overvloed
Goed eten, goede zorgen, wij leefden welgemoed
Grootouders en een tante, hebben veel voor ons gedaan
Te leren hoe te leven, met mensen om te gaan
Toen kwam een wrede oorlog, en maakte alles stuk
Wij verloren het liefste plekje en weg was ons geluk.
Het is alles lang geleden en nu ik het op ging schrijven
Doet het nog altijd pijn, dat dit niet zo mocht blijven
Dag heerlijk stukje grond, dat plekje uit mijn jeugd
Ik blijf je altijd dankbaar, voor de geschonken vreugd.
Geef een reactie