Zus van Jaantje Pulle
,

Moord op de Keijenberg

Het is dinsdag 23 augustus 1910 als Jaantje Pulle, ‘s middags om 4 uur naar het Keijenbergse bos gaat om hout te sprokkelen.


Het gaat om Adriana Augustina Eanatina Pulle, 13 jaar, dochter van een arbeider uit Renkum: Willem Pulle en Maria Pulle – Pothoven. Men woont aan de Keijenbergschen weg A 327. De Keijenbergseweg was toen vanaf Bellevue één geheel met de Nieuwe Keijenbergseweg. En liep van de Kerkstraat naar de Keijenberg en het Everwijnsgoed.

Jaantje was de middelste van vijf kinderen. Breed hebben ze het niet bij Pulle en daarom houden ze een paar varkentjes. Als er strooisel of voer voor de varkens nodig is staat Jaantje altijd klaar om in het bos te gaan sprokkelen en dat deed ze ook die dinsdagmiddag om vier uur. Ze zocht een zak, nam de kruiwagen en ging op tien minuten afstand naar het Keijenbergse bos. Toen mevrouw Pulle, die op een strijkinrichting werkt om zeven uur thuis kwam, keek haar man haar reeds met een angstig verwonderd gezicht aan. Jaantje was nog niet weergekeerd en anders was ze altijd om zes uur thuis. Moeder ging de buurt in maar geen van de andere meisjes wist iets of had haar gezien. ‘t Werd later, acht, negen uur. Alle buren kwamen kijken en de gedachte aan een misdaad liet de arme moeder niet meer los. Pulle zelf ging mee met de gemeente-veldwachter den Otter en met buren om in het bos te zoeken. Na negen uur werd het lijk van Jaantje gevonden. De kruiwagen op enige afstand met de zak, gedeeltelijk met sprokkeltjes gevuld. Ze lag ineengekrompen, tegen een schuine helling in het eiken hakhout, gewurgd met een aaneengeknoopt touwtje en een linnen bandje van haar eigen sprokkelzak en afschuwelijk verminkt. Het ondergoed was gedeeltelijk van het lichaam gescheurd, de plek waar zij lag was met bloed doorweekt.

Het lijkje werd gevonden ongeveer 200 meter van haar huis, aan de linkerkant van de weg, in het bos, zo ongeveer bij de huidige hoek Schaapsdrift – Nieuwe Keijenbergseweg.

Jaantje, was een lief en ijverig meisje en ze was voor haar leeftijd ook nog al ontwikkeld.

Het lijkje werd opgenomen en naar huis gebracht. Direct kwam huisarts Dr. Kersten. Zijn onderzoek wees al op een schandelijke mishandeling. De politie en de waarnemend burgemeester Reimers werden gewaarschuwd. Het onderzoek werd opgeschaald en de rijksveldwachters Bloemers uit Wageningen en van Vynck uit Oosterbeek namen het onderzoek over.

Nog de zelfde nacht werd een te Wageningen verblijvende Duitser geconfronteerd met getuigen, die een alleen lopende man in het bos zagen. De Duitser kon echter zijn alibi bewijzen en werd ook niet herkend als de persoon, die in het bos was gezien.

De onderste rode stip geeft aan waar het slachtoffer ongeveer heeft gewoond. De bovenste stip geeft aan waar het lijkje ongeveer is gevonden. De blauwe stip geeft aan waar het bierhuis Van Os stond. De plattegrond is uit 1921 of iets later. Er is dan al iets meer bebouwing aan de Keijenbergseweg dan in 1910. De Keijenbergseweg loopt van Renkum, na de Kerkstraat rechtdoor (staat nu een voormalige school)  naar de Keijenberg. De Schaapsdrift loopt van de papierfabriek (Waterweg) naar Hooge Kamp. Het bos waar het lijkje gevonden is (bovenste rode stip), is ten westen van de huidige kruising Schaapsdrift, Nieuwe Keijenbergseweg in het Kraaienbos.

Hier woonde het slachtoffer van de moord op de Keijenberg


Op woensdagochtend 24 augustus kwam het parket uit Arnhem en in de woning van het vermoorde meisje en werden enige personen gehoord. Ook zijn een paar landloopers aangehouden, die de dag ervoor in de buurt hebben rondgezworven. In Oosterbeek werd een landloper gearresteerd, die uit de richting Renkum kwam, maar overigens zijn er weinig aanwijzingen, dat een van hen de gezochte misdadiger zou zijn.

De doktoren Roelofs, Hesselink en Wijn deden de sectie. En per direct werden politiehonden besteld.

Het gerechtelijk onderzoek werd voortgezet in hotel Verwaaijen te Renkum (tegenwoordig hoek Dorpsstraat 64 en 66, op de hoek met de Kerkstraat, de panden aan de zuidzijde van de Dorpsstraat tegenover Zents). Veldwachters en marechaussees liepen aan en af, terwijl de justitie in een zijkamer haar onderzoek voortzette. Op woensdagmiddag komen er drie politiehonden met de trein uit Den Haag. Het zoeken heeft tot dusver geen resultaat opgeleverd, de dader niets heeft achtergelaten. Uit verklaringen bleek echter dat een ongehuwd steenfabriekarbeider, Van R., die ‘s middags in het bos was gezien. Hij werd ontboden. Eerst hoorde men, dat hij ziek te bed lag, doch even later bleek het dat hij niet thuis was. Toen hij ten slotte werd verhoord, erkende hij in het bos te zijn geweest om bramen te zoeken. De politiehonden gaan aan het werk. Een voor één wordt de lucht van de kinderkleertjes, door de honden met de lucht van verschillende hoeden en petten vergeleken. Steeds weer werd de pet van Van R. aangewezen. Van R. bleek bij visitatie door Dr. Kersten schoon ondergoed aan te hebben. Er wordt huiszoeking bij hem gedaan, waar verschillende voorwerpen in beslag werden genomen. Van R. wordt als verdachte aangemerkt en hij mag de nacht in de Marechausseekazerne in Wageningen doorbrengen.

De Arnhemse justitie zet in de donderdag 25 augustus in het Renkumse gemeentehuis te Oosterbeek (tegenwoordig Kunstgalerij Albricht, Utrechtseweg) het onderzoek voort. Er worden weer verschillende personen gehoord. Ene Kees Bakker verklaarde, dat van R., ook zijn dertienjarige dochter meermalen had uitgenodigd met hem bramen te gaan zoeken, onder belofte van bloemen of chocolade. Verscheidene andere getuigen legden eveneens verzwarende verklaringen af. Ook werd een heer in grijs kostuum aangehouden en door de marechaussee te Zevenaar op transport gesteld naar Renkum, om daar met verschillende personen te worden geconfronteerd.

Op beide foto’s de boerderij waar de verdachte werd aangetroffen.

Later zal blijken dat hij niet de gezochte verdachte is. Er bestond een vermoeden dat hij de heer was die soms eens een dubbeltje, dan weer chocolade aan kinderen aanbood. Andere verdachten komen onder de loep; een plotseling verdwenen pensiongast uit Oosterbeek, of misschien een verpleegde uit de gestichten Wolfheze, Oranje-Nassau’s-Oord en of de Keijenberg zou het geweest kunnen zijn.

Van R. heeft donderdag bekend dat hij ’s middags op het terrein waar de misdaad gepleegd is aanwezig was. En in een kuip ten huize van zijn moeder is ondergoed van hem gevonden, welke met zeepsop en al in beslag zijn genomen, ten einde te worden onderzocht. Er waren bloedvlekken op het ondergoed zichtbaar.

Een Renkumse winkelier: Zweers, verklaart dat van R., bij hen dinsdagmiddag snoepgoed heeft gekocht. Dat is dus een paar uur voordat het misdrijf heeft, plaats gehad.

Van R. is dinsdagmiddag ook in het bierhuis van Van Os geweest. Daar heeft hij drie glazen bier gedronken, betaalde met een dubbeltje en liep zonder geld terug te wachten, weg. Geen van de getuigen, die van R. tussen 4 en 5 uur gezien hebben, kunnen verklaren, dat hij iets bij zich had om bramen of inktappels (die hij zei in het bos te zoeken) op te bergen. ’s Avonds was van R. in het café van Corton. Toen daar de treurige mare verteld werd, zei hij: „Sjonge, sjonge, wat ben ik daar van geschrokken; geef me er gauw een borrel op.” Later gingen de cafébezoekers gezamenlijk naar het terrein van het misdrijf. Van R., anders altijd haantje vooraan, ging niet mee, doch hij ging naar huis.

Ook de ouders van verdwenen meisje uit Oosterbeek: Theodore Kraak, worden geconfronteerd met de verdachte, geen resultaat. De vermoedens tegen de verdachte zijn groot en hij wordt voor de nacht overgebracht naar Arnhem.

Jacobus (Jacob) Van Rennes geeft op vrijdag 26 augustus een volledige bekentenis van de moord op Adriana Pulle. Aanvankelijk hield hij steeds vol van niets te weten. Meermalen heeft men hem in de gelegenheid gesteld het lijkje te zien, doch niet het minste gevoel van angst kwam bij hem op. Hij bleef steeds even kalm. Gedurende het verhoor, was zijn gedrag kalm en gelaten, terwijl hij in het brandspuithuisje op het gemeentehuis achter de deur zat met een pijp in de mond en alles afwachtte. Door een kruisverhoor van vragen viel hij door de mand. Jacob Van Rennes heeft een zeer slecht verleden. Hij is uit dienst weggejaagd, terwijl hij in Duitsland ook nog het een en ander te goed had.

Het lijk van het meisje werd op vrijdag ter aarde besteld. Fraaie kransen dekten de kist. De ingezetenen van Renkum waren in grote getale aanwezig. Als teken van rouw hadden de bewoners, waar de treurige stoet voorbijkwam, hun woning gesloten.

Op 1 november 1910 dient bij de rechtbank te Arnhem de zaak tegen J. v. R. De zaak werd door de rechtbank achter gesloten deuren behandeld. Geen verdere details dus. De eis van het Openbaar Ministerie: levenslange gevangenisstraf. 15 dagen later volgt het vonnis: vijftien jaar. De rechtbank achtte doodslag niet bewezen. Het OM gaat in beroep en op 26-01-1911 wordt J. v. R veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf. De rechtbank neemt aan dat de verdachte “de doodslag had gepleegd met het oogmerk de gepleegde verkrachting gemakkelijker te maken of om zich zelf straffeloosheid te verzekeren”. In maart 1911 komen er geruchten in de krant dat J. v. R. indertijd toen hij in Duitsland vertoefde, met 3 andere personen een meisje van 17 jaar zou vermoord hebben.

In 1927 kwam J.v.R. (43 jaar oud) vrij, maar hetzelfde jaar belandde hij weer in de Leeuwarder strafgevangenis.

In 1933 verhuisd van Rennes van Breda naar ‘s-Gravenhage.

Jacobus Renes

Jacobus van Rennes, geboren op 6 mei 1883 te Renkum.
ook bekend als Jacob van Rennes.

Verhuisd op 22-3-1933 van Utrecht naar Breda, Nassausingel 35. Of te wel het Huis van Bewaring van de Koepelgevangenis in Breda.

Wikipedia

Overleden op 26-01-1940 ‘s-Gravenhage

De inhoud van dit artikel is gevonden middels Delpher, de zoekmachine van de Koninklijke Bibliotheek voor kranten, boeken e.d.

gebruikte kranten:
Arnhemsche courant van 24-08-1910
Tilburgsche courant, 25-08-1910
Het nieuws van den dag: kleine courant, 26-08-1910
Het nieuws van den dag: kleine courant, 27-08-1910
De Gooi- en Eemlander: nieuws- en advertentieblad, 27-08-1910
Provinciale Drentsche en Asser courant, 27-08-1910
Algemeen Handelsblad, 19-10-1910

Na dit verhaal geschreven te hebben bleek dat in het blad Schoutambt en Heerlijkheid van de St. Heemkunde Renkum, ook een artikel over van Rennes geschreven is, door Annelies Hoogmoed.

Verantwoording

De gebruikte foto’s zijn gevonden op de site van gahetna.nl. De foto’s zijn eind 1910 door een onbekend gebleven fotograaf gemaakt en terecht gekomen in het archief van Het Leven. Of de inhoud klopt is de vraag. Link.

In lokale kranten wordt ook de naam Renesse gebruikt, misschien om geen verwarring te zaaien met de bekende Renkumse dominee en onderwijzer H.W. van Rennes, die geen familie is.

Travelers’ Map is loading…
If you see this after your page is loaded completely, leafletJS files are missing.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *